Log in of maak een account aan.
Persoonlijk blog / Karlijn Migo-Merx
“Er zit een grote tumor in de neus van uw hond. We kunnen hem weghalen, maar het is een risicovolle operatie en hij zal weer terugkomen…” Dat was de vernietigende diagnose die we te horen kregen over onze hond Lilly, een paar maanden geleden.
Onze lieve Lillebil, zoals de kinderen haar liefkozend noemden, kwam 4 jaar geleden ons gezin ingewandeld. In eerste instantie als logeerhond. We waren aan het overwegen of een hondje een optie zou zijn in ons gezin. Met name voor Lies leek het ons een welkome aanvulling om een maatje te hebben om troost bij te vinden als het even moeilijk is. Maar ja… een pup is ook weer een baby erbij in huis. En we waren juist zo blij dat we die fase voorbij waren. “Ga maar eens met Lilly oefenen en kijken hoe het is om een hondje in huis te hebben”, was het advies van de fijne en betrokken fokker waar we mee in contact waren gekomen. Lilly was de oma van een van de pups die nog geboren moest worden. Een lieve, zachtaardige Glen terriër van 9 jaar. Die meteen een klik had met de kinderen toen we een kijkje gingen nemen.
Vanaf het moment dat Lilly bij ons in huis kwam, was er - bijzonder genoeg – meteen rust. Ze gaf structuur en regelmaat in ons gezin. Ze bood een rustige en gezellige aanwezigheid. (en ja, heus ook wel gedoe rondom het uitlaten bij de kinderen). Dat ze al op leeftijd was, dat was merkbaar; ze hoefde niet zo nodig meer veel te rennen of lang te spelen. Knuffelen wilde ze des te meer.
Waar we op hoopten, gebeurde: ze werd de grootste vriendin van Lies. Ze voelde feilloos aan wat wel en wat niet kon. En was gewillige patiënt bij het naspelen van onderzoeken die Lies in het ziekenhuis moest ondergaan. Kreeg regelmatig een mondkapje om, haar bloeddruk werd nauwkeurig gemeten door zuster Lies, en zelfs over een prikje deed ze niet moeilijk. Als Lies verdrietig was, dan kwam Lilly als vanzelf naast haar zitten om haar kop op haar schoot te leggen. En dat hielp altijd.
Toen we hoorden dat Lilly niet meer beter zou worden en we binnen afzienbare tijd afscheid van haar zouden moeten gaan nemen, was er dan ook veel verdriet bij de kinderen en bij ons. Ik maakte me vooral zorgen om Lies. Hoe zou ze gaan reageren op de dood van haar grote vriendin? Zou ze überhaupt begrijpen wat het concept “dood” betekent? We haalden voorleesboekjes over de dood in huis. “Tractor verliest een vriend” en “Derek Das blijft altijd bij ons” vertellen op toegankelijke wijze over wat doodgaan betekent. Tractor verliest een vriend was favoriet bij Lies omdat daar toevallig genoeg een aanhangwagentje in voorkomt die Lilly heet.
Ik probeerde het af en toe al bespreekbaar te maken met de kinderen dat Lilly dood zou gaan. De oudste twee hadden de dood al eerder bewust meegemaakt. Lies nog niet. Ik probeerde haar uit te leggen wat er gebeurt als je dood gaat. Dat het hartje van Lilly dan stopt met kloppen, dat ze dan niet meer kan eten, lopen en spelen. En: dat ze niet meer bij ons zal zijn en niet meer terugkomt. Steevast reageerde Lies dan met “ Ja, mama. Komt goed. Komt ander hondje…” Waarop ik steevast antwoordde: “Ja schat, het komt goed. Maar er komt geen ander hondje meer, lieverd”.
Het onvermijdelijke moment kwam, dat we afscheid van Lilly moesten gaan nemen. Gelukkig kon dat bij ons thuis. Onze ontzettend fijne dierenarts dacht daarbij goed mee om het zo dier- en kindvriendelijk te kunnen laten plaatsvinden. Bijvoorbeeld, toen ik aangaf dat Lies prikangst heeft, en dat we wilden voorkomen dat Lies een prikje aan de dood zou gaan koppelen, werd daar geweldig goed op ingespeeld. Het woord “prikje” of “spuitje” zouden we niet gebruiken, maar we kozen ervoor om te vertellen dat Lilly medicijnen zou krijgen waarvan haar hartje zou gaan stoppen. Het is zo bizar, om ‘s ochtends een nog kwispelend maar o zo ziek hondje uit te laten, in de wetenschap dat we haar ’s middags zouden gaan begraven.
Lilly is de regenboogtrap op gegaan, in haar vertrouwde omgeving, met ons vijven om haar heen. Onze oudste dochter had haar koppie vast, toen ze haar medicijnen kreeg. We hebben haar lieve woordjes toegefluisterd, liefdevol geaaid, toen ze heel langzaam weggleed. Het was een intens verdrietig en tegelijkertijd ontzettend mooi en verbindend moment voor ons als gezin.
We hebben de tijd genomen om echt bewust afscheid te nemen. Zonder haast en heel bewust haar dode lichaampje in haar mandje gelegd en samen met de kinderen versierd met bloemetjes uit de tuin. Op briefjes nog laatste woordjes van dank geschreven en die opgerold en bij haar gelegd. Ik had een mooie katoenenlap klaar gelegd, waar we haar in gewikkeld hebben. De oudste twee hebben haar in haar mandje naar haar laatste rustplaats gedragen. Samen hebben we haar begraven op een prachtig plekje tussen de blue bells in de tuin. Lies hielp zelfs mee met het scheppen van het zand, bij het dichten van het graf. Zo stoer van haar.
Deze rituelen, waar zelfs onze pubers uiterst serieus en vol toewijding aan mee deden, waren heel erg helpend bij het aanvaarden van haar onvermijdelijke vertrek. Het werd zo duidelijk: Lilly is dood, en ligt nu in haar bedje in de grond, en Lilly’s “zelf” is naar de hemel. Daar kon Lies wel wat mee.
Er kwam een enorm verdriet los, bij ons allemaal. Iedereen op zijn of haar manier rouwend om het verlies van een gezinslid, want dat was Lilly. Ze was zo aanwezig in haar afwezigheid. Lies was er bijzonder genoeg ogenschijnlijk, het meest nuchter onder van ons allemaal. Zij was vooral onder de indruk van ons verdriet, en was degene die iedereen troostte. En ze maar bleef zeggen: “Komt goed, komt ander hondje…”
Samen zijn we nog regelmatig even bij het grafje van Lilly, waar Lies vertelt over wat ze allemaal op school heeft gedaan, en wat haar bezig houdt. Heel aandoenlijk om te zien. En helpend bij het proces van steeds een beetje meer loslaten.
Pas een week na het overlijden van Lilly, koos Lies haar moment om haar verdriet de ruimte te geven. Ze vroeg haar ambulant begeleider Boi of hij het filmpje van Lilly wilde laten zien, kroop tegen hem aan en huilde hartverscheurende tranen. Zo slim gekozen van haar: dichtbij genoeg om echt even helemaal verdrietig te kunnen zijn, zonder zich te hoeven verhouden tot de ander.
Vorige week, kwam er ineens een telefoontje van de fokker van Lilly. Om te vragen hoe het met ons ging. En om te vertellen dat ze via hun netwerk een oproep hadden gekregen van een herplaatsing voor een hondje van twee jaar oud. Dat het voor ons wellicht wel wat vroeg kwam, maar of we het wilden overwegen. Toen ik dit aan de kinderen vertelde, zei Lies met een grote grijns “zei ik toch mam, komt ander hondje…”
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang maandelijks
de nieuwste inspirerende verhalen in je mailbox!
Puber meiden
Eerst moet alles 'klaar' zijn...
Kijktip: Documentaire 'Moederhart'