Log in of maak een account aan.
Persoonlijk blog / Karlijn Migo-Merx
“Lies, kom!” roept een klasgenootje. Ik geef haar nog een snelle knuffel. Een haastige plakzoen op mijn wang, “doei mam!!” en weg is ze. Terwijl ze high-fivend het schoolplein oploopt tussen de kinderen van haar klas, voel ik mijn hart even opveren. Dit is wat we zes jaar geleden hoopten toen we haar inschreven op De Geldershof: dat ze erbij zou horen, vriendjes zou maken en in haar eigen tempo kon groeien. Inclusief onderwijs zoals het bedoeld is- welkom zijn, mee kunnen doen en je op je gemak voelen. En ja, dat is gelukt.
Niet vanzelf, hoor. Het kostte soms bloed, zweet en tranen, en vooral veel volhouden - van ons als ouders, van school, van Stichting Liz, van de Leespraatjuffen, het samenwerkingsverband en de consulent van het wijkteam. “It takes a village…”
Wat voor Lies werkt, is inclusief onderwijs: er wordt gekeken naar wat zíj nodig heeft om te leren. Dat is echt iets anders dan 'passend onderwijs', waarbij het kind zich moet schikken naar wat de school kan bieden. De praktijk laat pijnlijk zien dat dat lang niet altijd past; de aantallen thuiszitters spreken helaas boekdelen.
Hoe het bij ons wél lukt? We bundelen wat nodig is en bewegen tussen de mazen van de wet door. Stichting Liz biedt ambulante begeleiding in de klas en sluit aan op de zorg die Lies nodig heeft. Officieel horen zorg (via de gemeente) en onderwijs (via het samenwerkingsverband) door verschillende mensen te worden uitgevoerd. In het echt levert dat vooral schotten op: is herhaalde instructie nou zorg of onderwijs? En wie helpt een kind dat nog moet leren om hulp te vragen?
We hebben daarom de middelen bij elkaar gelegd en het simpeler gemaakt: de leerkracht doet de klassikale instructie, de ambulant begeleider vertaalt naar wat Lies nodig heeft - ondertiteling, herhaling, en steun op sociaal-emotioneel vlak (op je beurt wachten, contact maken, emoties herkennen). Iedereen doet waar ‘ie goed in is. Haar doelen staan in een 'Individueel Ontwikkel Plan' dat we twee keer per jaar evalueren. Sommige doelen kunnen afgevinkt, andere gaan mee naar de volgende ronde.
De eerste jaren kon Lies veel van het reguliere aanbod volgen. Toen er iets anders nodig was, stapte ze over op haar eigen ZML-leerlijn, mét aanhaakmomenten in de klas. Werkte de groep aan wereldoriëntatie, dan oefende Lies leespraat-woordjes die pasten bij het land dat centraal stond. Dat vraagt een andere manier van kijken van de leerkracht. De één heeft die bril van 'wat als het wel lukt' al op, de ander groeit erin, en samen komen we elk jaar weer een heel eind.
We zien haar echt stappen maken. Lezen en schrijven gaan al mooi op tempo. Rekenen is lastiger; daarom krijgt ze extra RT. In de klas heeft ze haar eigen kastje met materiaal. Er hangen picto’s die laten zien wie er voor de groep staat, wie haar begeleidt en wat de volgende overgang is—dat geeft houvast. Ze pakt zelfstandig werk uit haar map en kiest na afloop iets uit de beloningsmap. Inmiddels werkt ze een half uur achter elkaar zelfstandig. Zó knap.
En het mooie is: haar klas groeit mee. Kinderen leren dat 'gelijk' niet hetzelfde is als 'hetzelfde'. Ze zien wat omkijken naar elkaar betekent. De juf zei vorig jaar: “De grootste bengels worden engeltjes als het om Lies gaat.” Lies is gewoon Lies. Punt.
Nu ze in groep 7 zit, merken we ook iets anders. Naast alles wat goed gaat, worden de verschillen met haar klasgenoten sneller groter, vooral op sociaal-emotioneel vlak. Waar Lies nog graag verkleedt, kleit en uit volle borst 'Frozen' zingt, zijn haar klasgenootjes bezig met eerste verliefdheden en coole outfits. Dat hoort bij die leeftijd, en precies daar schuurt het.
De speelafspraken die vroeger vanzelf gingen, komen nu minder vaak van de grond. Ik snap het, en toch is het slikken. Hoe leg je aan Lies uit dat “nee” vaker het antwoord wordt op de vraag of ze willen spelen.
Daarom hebben we besloten dat ze groep 7 hier afrondt en daarna doorstroomt naar het speciaal voortgezet onderwijs. Niet omdat ze hier niet meer kan zijn, maar omdat we haar gunnen dat ze wat meer gelijkgestemdheid kan gaan ontmoeten - kinderen van haar 'tribe', zoals wij zeggen.
De afgelopen jaren waren vormend: een talige, rijke omgeving waar ze zich aan kon optrekken en een stevige basis kon maken. Met die rugzak mag ze nu haar wereld vergroten, op een plek waar herkenning en erkenning vanzelfsprekender zijn. Want ook dát laat een kind groeien.
Met haar rugzak vol taal, vertrouwen en lef gaat ze haar eigen pad verder - precies zoals ze is. Onze mooie, dappere Lies.
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang maandelijks
de nieuwste inspirerende verhalen in je mailbox!